Meten is weten. Met een nauwkeurigheid van meer dan 90% meet Cycledata hoeveel voertuigen in welke richting, met welke snelheid en op welk tijdstip op het fietspad rijden. Gemeenten die inzicht willen in de kwalitatieve data van het verkeer op fietspaden, kunnen hiervoor aankloppen bij de onderneming die Mary Verspaget (Marketing & Operations director) en Cees van der Zijl (Commercial director) eind 2017 startten. Mary vertelt BikesBusiness meer over hun bedrijf en producten.
Tekst: Michelle van der Harst
De wereldwijde tendens naar duurzaamheid doet de mobiliteitssamenstelling veranderen, waardoor er behoefte is aan meer en accurate, betrouwbare mobiliteitsdata. Die verzamelt Cycledata met innovatieve radartechnologie. Opdrachtgevers kunnen de gegevens gebruiken bij beleidsmatige beslissingen omtrent verkeer en veiligheid in een Smart City-omgeving.
Het begint met Rotterdam
Vijf jaar geleden zagen Mary en Cees een andere radar die fietsen meet. Mary vertelt: “Wij vroegen de gemeente Rotterdam: als wij de metingen zouden doen op fietspaden, wat is voor jullie dan belangrijke informatie? Omdat de gemeente verantwoordelijk is voor de veiligheid op het fietspad, wilden ze precies weten wat daar allemaal rijdt – in aantallen, rijrichting en snelheden. Er bestonden al telslangen en -lussen voor autotellingen, maar auto’s rijden achter elkaar en fietsers rijden vaak in colonnes, zeker tijdens spitsuren. Om werkelijke data te verkrijgen, gingen wij testen met onze radar. Aanvankelijk kregen we een nauwkeurigheid van niet meer dan 70%. Daar waren we niet tevreden over en dus ontwikkelden we een combinatie van radar-lasertechnologie. Toen kwamen we op een nauwkeurigheid van minimaal 90%, ook in de spitsuren!”
De uitrol
“Na de uitvoering van nog een paar pilots in Rotterdam hebben we alles opgezet, met een nieuwe website en noem maar op, voor de uitrol in de markt”, vertelt Mary. “Eind 2020 zijn we formeel gestart met het uitrollen van Signum (de officiële naam van de fietsteller) naar andere gemeenten. Onder andere Amsterdam, Den Haag en Utrecht stapten in. Ons fietstel-meetsysteem spreidt zich uit als een olievlek. Als een gemeente ziet dat de Signums ergens met tevredenheid worden gebruikt, dan is dat voor hen een referentiekader. En is een gemeente heel tevreden over de Signums, dan wordt dat doorverteld aan andere gemeenten. Maar natuurlijk doen we ook aan marketing op LinkedIn en via andere kanalen, en zijn we aanwezig op beurzen en bijeenkomsten.”
Koppeling met iVRI
De provincie Utrecht wilde graag een pilot doen met een koppeling van Signum aan intelligente verkeersregelinstallaties (iVRI). Dit leidde tot i-Signum. Mary legt uit: “Groen licht voor fietsers wordt steeds belangrijker, zodat ze niet na de fietssnelweg in het stadscentrum worden gestopt door allemaal rode verkeerslichten. Omdat wij zulke nauwkeurige data hebben, kun je incalculeren hoelang het stoplicht op groen moet staan, op basis van wat er 100 meter vóór het stoplicht langsrijdt. Zo realiseer je een doorstroom voor fietsers. Wij hebben software laten ontwikkelen die onze data kan uploaden naar de cloud waar de stoplichten virtueel in staan. Door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat zijn we gecertificeerd om dit, volledig beveiligd, te doen.”
AVG-veilig
Veiligheid is sowieso een belangrijk topic voor Cycledata. Mary: “Wij doen alles volgens de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), dus zonder de privacy te schenden. Privacybescherming wordt steeds belangrijker; dat zie je ook aan de AVG-specialisten die gemeenten aannemen om daar absoluut geen fouten mee te maken. En onze data zijn AVG-proof gegenereerd, we gebruiken geen videocamera’s.”
Inzicht in data
Mary vertelt dat Cycledata raamcontractant is voor het Nationale Dataportaal Wegverkeer (NDW). “Onze data worden gekoppeld aan het systeem van NDW, dus gemeenten kunnen de benodigde gegevens zoeken en hiervan CSV-bestanden downloaden. De fietsdata sluizen ze door naar een volledig systeem dat alle infrastructuur met elkaar in verband brengt, want gemeenten kijken voor beleidsbeslissingen natuurlijk naar het totaalplaatje, niet alleen naar het fietspad.” Iedere gemeente ontvangt een gebruikersaccount van het MyCycleTraffic-dashboard waar realtime data inzichtelijk zijn en gemonitord kunnen worden. Op de vraag of Cycledata zelf ook de data bekijkt, antwoordt Mary ontkennend. “Momenteel niet. Het leveren van werkelijke data is onze core business. Op den duur zouden we het wel kunnen doen. Zo zijn we bezig om bepaalde patronen per locatie terug te kunnen halen, zodat afwijkingen meteen geconstateerd worden en bekeken kan worden waardoor ze ontstaan. Ook om te zien of de data goed zijn en blijven.”
Fijnstof en volume
Uiteindelijk wil Cycledata ook de metingen van fijnstof en volume meenemen. Als er een te hoge, ongezonde hoeveelheid fijnstof gemeten wordt op een fietsroute, kan de gemeente uitzoeken waardoor dit komt en besluiten om het fietspad eventueel anders te laten lopen. Na het verzamelen van deze informatie, willen ze volume gaan meten. Mary licht toe: “In autoloze steden zullen er bijvoorbeeld steeds meer cargo bikes gaan rijden om pakjes te vervoeren. Nu kijken we naar aantallen en snelheden – waarbij we zeggen: een voertuig met een snelheid van meer dan 25 km/u is waarschijnlijk een scooter of speed pedelec. Uiteindelijk kunnen we snelheid, volume en formaat aan elkaar koppelen, zodat we steeds beter weten wat er nu echt voorbij komt.”
Toekomst
Cycledata heeft ook toekomstplannen voor uitbreiding naar het buitenland, maar wil dit heel gedegen aanpakken. “In België hebben we onlangs een raamovereenkomst gewonnen”, vertelt Mary. “In de provincies Antwerpen, Brussel en Limburg hebben we al wat pilots gedraaid. Dat geldt ook voor de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen. Zo zal het balletje wel gaan rollen, maar we richten ons nu met name op Nederland. Wereldwijd is de animo heel groot, want toen we op Intertraffic (een vakbeurs, red.) stonden, werden we overstelpt met vragen uit de hele wereld. De fiets is in veel landen een oplossing, en Nederland is natuurlijk het voorbeeldland. Hartstikke leuk dat Verenigde Staten geïnteresseerd zijn, maar we willen eerst hier verder uitrollen voordat we het hele exportproces aangaan. Dat moet je immers ook waarmaken.”